In de achtste eeuw vestigen zich de eerste bewoners in de bossen en moerassen.
Bestuurd door de adelijke abdissen van Remiremont (die allen afstammen van families van hertogen en prinsen) was le Vau des Joles ou le Val de joie (het Dal van de Vreugde) en later le Val d'Ajol een vrije gemeente; de bewoners waren vrije mensen, geen lijfeigenen van een leenheer.
Op 24 maart 1644, midden in de dertigjarige oorlog (1618 - 1648), valt het leger van de burggraaf van Turenne le Val d'Ajol binnen en trekt op richting Comté (via Fougerolles, waarvan het kasteel verwoest wordt bij de terugtocht richting Elzas in mei 1644).
1697: definitieve aansluiting bij Lotharingen
Le Val d'Ajol was een onderdeel van het baljuwschap van Remiremont. Sedert de Revolutie viel het onder het kanton Plombières, en het district en later het arrondissement van Remiremont. Een gedeelte van het grondgebied, le ban d'Ajol, werd afgestaan aan Plombières. In 1832 werd het grondgebied van de gemeente Hérival aan de gemeente le Val d'Ajol toegevoegd.
1830: in het gehucht Faymont wordt een ambachtelijk metaalbewerkingsbedrijf gesticht. Ze specialiseren zich in koperslagerij en het vervaardigen van huishoudelijke artikelen van blik, vertind ijzer en plaatstaal. In 1887 wordt de fabriek overgenomen door de familie de Buyer die ook al eigenaar was van de smederij in la Chaudeau een de Semouse. Tot op heden breidt de fabriek zich nog steeds uit en is inmiddels de grootste werkgever van de gemeente.
In 1869 scheiden Girmont, Méreille en Hérival zich af en vormen de gemeente Girmont - Val - d'Ajol. Dit geschiedt op religieuze gronden; dit gehucht ligt erg ver van het centrum van le Val d'Ajol verwijderd en om die reden was in 1867 begonnen met de bouw van een eigen kerk.
Op kerkelijk gebied valt de parochie le Val d'Ajol onder het dekenaat Luxeuil - les Bains en het bisdom Besançon. Een deel van de gemeente Plombières, le ban d'Ajol, viel nog onder de parochie le Val d'Ajol.
1896: oprichting van de school Sainte - Marie.
Midden XIXde eeuw tot begin XXste eeuw telde le Val d'Ajol meer dan 7000 inwoners zo blijkt uit de volkstellingen van 1846 en 1921. Van het begin van de XVIIIde eeuw tot 1872 was le Val d'Ajol qua inwonertal de derde gemeente van het departement, na Epinal en Saint - Dié, maar vòòr Remiremont, Gérardmer en Mirecourt.
Van begin oktober 1944 tot in de lente van 1945 diende le Val d'Ajol als thuisbasis voor de Marokkaanse Goums. Duizenden goumiers verzamelden zich hier alvorens naar het front te vertrekken en hier kwamen ze ook weer terug om op krachten te komen na de strijd. Léo Durupt heeft ze vereeuwigd in een aantal geëmotioneerde portretten die in 2004 ter gelegenheid van de 60ste verjaardag van de Bevrijding te zien waren op de expositie Portraits des Goumiers in de salle des fêtes.
Wapen
De gekruiste zilveren sleutels op het keel (=rood) geven aan dat de gemeente afhankelijk was van de abdij van Remiremont. De gouden letters A en D op een sinopel (=groene) ondergrond betekenen vrij van servituut/erfdienstbaarheid.